Begroting 2019

4. Uiteenzetting financiële positie II

4.3 Staat van reserves

Staat van reserves (totaaloverzicht)

Verloop saldo programma reserves

Details

(bedragen in miljoenen)

Programmareserve
(bedragen x € 1.000)

Saldo per
31-12-2017

Toevoe-gingen

Onttrek-kingen

Saldo per
31-12-2018

Toevoe-gingen

Onttrek-kingen

Saldo per
31-12-2019

Toevoe-gingen

Onttrek-kingen

Saldo per
31-12-2020

Toevoe-gingen

Onttrek-kingen

Saldo per
31-12-2021

Toevoe-gingen

Onttrek-kingen

Saldo per
31-12-2022

Algemene reserve

68.563

73.514

61.296

80.780

73.684

74.613

79.851

79.444

45.518

113.777

77.258

28.169

162.866

73.322

21.135

215.053

Programmareserve 1

248.695

59.478

55.528

252.645

126.634

153.691

225.588

13.693

66.720

172.562

9.974

70.131

112.404

6.404

12.994

105.815

Programmareserve 2

175.590

51.955

27.670

199.875

48.193

15.683

232.385

33.934

9.400

256.920

11.700

2.207

266.413

11.305

7.865

269.854

Programmareserve 3

153.763

33.546

50.651

136.659

19.916

36.707

119.868

11.391

32.107

99.152

1.200

8.198

92.154

1.200

2.919

90.435

Programmareserve 4

7.507

6.000

6.100

7.407

2.300

5.650

4.057

1.400

2.350

3.107

1.400

1.450

3.057

0

0

3.057

Overzichten, middelen en overhead

38.447

54.187

9.421

83.213

69.354

80.224

72.343

0

259

72.084

314

50

72.348

2.170

0

74.518

Totaal

692.565

278.681

210.667

760.579

340.080

366.567

734.093

139.863

156.353

717.602

101.847

110.206

709.243

94.401

44.912

758.732

Toelichting lange termijn ontwikkelingen reserves op basis van hun functie

Binnen de provincie Zuid-Holland kennen we naast de algemene reserve om risico's op te vangen (bufferfunctie) diverse andere reserves met een bufferfunctie en bestemmingsreserves. Binnen de bestemmingsreserves maakt de provincie onderscheid naar reserves die dienen om pieken en dalen in de exploitatie op te vangen (egalisatiefunctie) en reserves die dienen om in de toekomst een bepaalde prestatie te realiseren (spaarfunctie en functie “doorgeschoven prestaties”).

Toelichting lange termijn ontwikkeling programmareserves.

Bovenstaand overzicht geeft een totaal overzicht van alle programmareserves, ingedeeld naar functie. De algemene reserve is niet in dit overzicht opgenomen. Omdat er geen reserves met de functie "doorgeschoven prestatie" zijn komen deze ook niet terug in het overzicht. Uit bovenstaande grafiek blijkt dat buffer- en spaarreserves afnemen maar de egalisatiereserves toenemen. Per functie van de reserve schetsen we hier de belangrijkste ontwikkelingen:

Reserves met bufferfunctie

Naast de algemene reserve zijn er diverse andere reserves om risico's op te vangen. In 2019 is het totaal van deze reserves met een bufferfunctie € 114,4 mln. De belangrijkste zijn bedoeld voor:

Revolverend Verenfonds

(prog 2)

€   5,0 mln

InnovationQuarter

(prog 3)

€   4,7 mln

Energiefonds

(prog 3)

€ 27,3 mln (groeit met € 4 mln in 2020 tot € 31,3 mln)

Waste to Chemistry

(prog 3)

€   3,0 mln

Grevelingen

(prog 1)

€   5,0 mln

Begrotingssaldo 2024-2030

(OMO)

€ 69,4 mln

Van deze reserves neemt alleen de reserve begrotingssaldo 2024-2030 af vanaf 2024. Deze reserve was dan ook ingesteld bij Kadernota 2017 om het destijds voorziene begrotingstekort in de jaren 2024 t/m 2030 op te vangen.

De reserve Grevelingen is ingesteld om een eventueel resterend tekort op te vangen voor het project om het getij in de Grevelingen terug te brengen. Deze reserve heeft als einde looptijd 2025. Verwacht wordt dat in 2019 bekend  is of en wanneer deze reserve ingezet zal worden. Inclusief de reserve voor Grevelingen resteert na 2030 een totale reserve om risico's op te vangen van € 49 mln (exclusief de algemene reserve). De overige genoemde reserves met een bufferfunctie hebben geen einddatum. Alle reserves met een bufferfunctie zijn aangemerkt als beklemd.

Reserves met egalisatiefunctie

Het totaal aan reserves met een egalisatiefunctie bedraagt in 2019 € 172,1 mln. De egalisatiereserves nemen van 2019 tot 2021 af met € 18,6 mln om daarna weer te stijgen. De belangrijkste egalisatiereserves zijn bedoeld voor:

  • Egalisatie exploitatie projecten PZI    (prog 2)   € 20,0 mln
  • Egalisatie beheer & onderhoud    (prog 2)   € 58,0 mln
  • Natuurnetwerk Nederland       (prog 1)   € 87,2 mln

Voor de egalisatiereserve Exploitatieprojecten PZI geldt dat bij deze begroting voorgesteld wordt het doel van deze reserve te wijzigen en deze (onbeklemde) middelen te betrekken bij de nieuwe Nota Budgetbehoefte voor het beheer en onderhoud van de provinciale infrastructuur. Op basis van de huidige inzet van de reserve loopt deze tot 2027 op naar € 46,5 mln. De reserve kent geen einddatum.

De egalisatiereserve Beheer & Onderhoud is bedoeld om pieken en dalen in de jaarlijkse uitgaven voor beheer en onderhoud op te vangen en kent geen einddatum. De raming voor het planmatig beheer en onderhoud in 2019 is met € 19 mln verlaagd en deze middelen blijven (via het gesloten systeem) binnen de reserve behouden voor het doel. De egalisatiereserve Beheer & Onderhoud neemt verder in 2020 met € 20 mln toe en in 2022 met € 5 mln af waarna de reserve vervolgens stabiel blijft op € 73 mln. In de toelichting op deze reserve is aangegeven dat in 2020 de nota budgetbehoefte wordt herijkt.

De reserve voor Natuurnetwerk Nederland wordt de komende jaren ingezet waardoor deze zakt naar € 39,1 mln in 2022. Tot 2027 stijgt de reserve weer naar € 44,8 mln. Het jaar 2027 is ook de beoogde einddatum voor deze reserve en tegen die tijd zou de reserve volledig uitgegeven moeten zijn. Bij het saldo dat in 2027 resteert moet echter rekening gehouden worden met een risicoreservering van € 29 mln zoals is opgenomen in het kaderbesluit Groen. Het restant dat dan nog overblijft (€ 15,8 mln) wordt aangehouden voor afwaarderingslasten van over te dragen NNN (-gronden).

Reserves met spaarfunctie

Zowel in aantal als bedrag hebben de meeste reserves binnen de provincie Zuid Holland een spaarfunctie. Het totaal aan spaarreserves bedraagt in 2019 € 367,7 mln en in 2027 zal daar volgens de huidige planning circa € 167 mln van uitgegeven zijn. Tegelijk neemt de spaarreserve voor bereikbaarheid met circa € 12 mln toe in dezelfde periode waardoor in 2027 nog € 210,7 mln aan spaarreserves resteert. De belangrijkste spaarreserves zijn bedoeld voor (bedragen per 2019):

  • Programma 1: Groene ambities (€ 8,4 mln), beheerplan Natura 2000/PAS (€ 9,6 mln), Grevelingen/Volkerak-Zoom (€ 10 mln), UPG 40 (€ 11,3 mln), Ontwikkelopgave natuur (€ 74,7 mln), Omgevingsveiligheid (€ 12,3 mln).
  • Programma 2: Bereikbaarheid (€ 25,8 mln), Mobiliteit (€ 123,2 mln).
  • Programma 3: Meerjarenplan bodemsanering (€ 36,2 mln), Bedrijventerreinen (€ 5,1 mln), Overcommittering OP-West (€ 3,3 mln), Interreg-cofinanciering EFRO (€ 5,7 mln), Duurzame ontwikkeling Zuidplaspolder (€ 10,6 mln), Versterking economie (€ 7,4 mln), MIT MKB Innovatiestimulering topsectoren (€ 4,6 mln).
  • Programma 4: Restauratie rijksmonumenten & erfgoedlijnen (€ 4,1 mln).

Uit de grafiek blijkt dat in 2027 nog een saldo van € 210,7 mln aan spaarreserves resteert. De belangrijkste redenen hiervoor zijn:

  1. Voor een aantal doelen wordt wel geld gespaard in reserves maar nog niet alle toekomstige uitgaven zijn gepland en/of opgenomen in de meerjarenplanning. Dit is met name van toepassing op een aantal spaarreserves zonder einddatum. Bij een dergelijke spaarreserve zonder einddatum is de verwachting, naar huidige inzichten, dat het beoogde doel van de reserve in de toekomst blijft bestaan of is nog onbekend wanneer het doel gerealiseerd zal worden. Bij deze spaarreserves zonder einddatum waarvan het nog deels onbekend is wanneer het geld uitgegeven zal worden kan het dus zijn dat in de meerjarenplanning zichtbaar is dat de reserve een bepaald saldo houdt. De belangrijkste reserves waarop voorgaande van toepassing is, zijn de reserves Omgevingsveiligheid, Bereikbaarheid, Mobiliteit, Meerjarenplan bodemsanering, Versterking economie en Restauratie rijksmonumenten en erfgoedlijnen. Volgens de huidige planning van bekende uitgaven daalt het saldo van deze reserves van circa € 208 mln (waarvan € 204 mln beklemd) in 2019 naar circa € 169 mln in 2027.
  2. Er zijn een aantal reserves met een einddatum vóór 2027 waarvan nu nog niet is aan te geven in welk jaar de uitgaven zullen plaatsvinden. Dit is bijvoorbeeld het geval bij Grevelingen/Volkerak-Zoom, UPG 40, Bedrijventerreinen, Overcommittering OP-West, Interreg-cofinanciering EFRO en MIT MKB Innovatiestimulering topsectoren. Het totaal van deze reserves bedraagt in 2027 circa € 24 mln. Daarnaast zijn er nog tiental kleinere reserves voor bij elkaar circa € 6 mln waarvoor dezelfde redenatie op gaat. In totaal is er dus voor circa € 30 mln aan reserves waarvan het de verwachting is dat er vóór 2027 een besteding heeft plaatsgevonden maar waarvoor het tot op heden niet mogelijk is deze besteding te plannen.
  3. De verwachting/afspraak is dat het bestaande beleid voortgezet zal worden en de middelen daarvoor beschikbaar moeten blijven. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de reserve Beheerplannen Natura 2000/PAS (€ 8,6 mln). Deze reserve wordt gezien als beklemd.

Totaaloverzicht beklemming reserves

 

Onderwerp

Saldo reserve 2019

Juridisch verplicht 2019

Bestuurlijk verplicht 2019

Niet verplicht 2019

Algemene reserve

79.851

0

30.000

49.851

Programmareserve 1

225.588

18.963

202.386

4.239

Programmareserve 2

232.386

123.165

84.489

24.732

Programmareserve 3

119.869

9.952

104.815

5.102

Programmareserve 4

4.057

3.750

0

307

Overzichten, middelen en overhead

72.343

0

72.027

316

Totaal reserves

734.094

155.830

493.717

84.547

Toelichting beklemming reserves

Onder beklemdheid wordt verstaan: het bestemmen van (gereserveerde) middelen door het aangegaan zijn van juridische verplichtingen en door gemaakte bestuurlijke afspraken die nog niet tot uitvoering zijn gebracht. Zie Beleidsnota reserves en voorzieningen.
Van het totaal aan reserves van de Provincie Zuid-Holland is het grootste deel juridisch of bestuurlijk verplicht en daarmee beklemd. In bovenstaande tabel is een overzicht opgenomen van de beklemming per programmareserve.

Onbeklemde reserves
De grootste onbeklemde reserves (naast een deel van de algemene reserve) in bovenstaand overzicht zijn:

  • Luchtkwaliteit NSL (prog 1, spaar)   € 1,5 mln
  • IODS (prog 1, spaar)   € 0,8 mln
  • Natuurcompensatie (prog 1, spaar)   € 1,0 mln
  • Exploitatie projecten PZI (prog 2, egalisatie)   € 20,0 mln
  • Reserve bereikbaarheid (prog 2, spaar)    € 4,6 mln
  • Overcommittering OP-West (prog 3, spaar)   € 3,3 mln
  • Interreg-cofinanciering EFRO (prog 3, spaar)   € 1,2 mln

Conform het hoofdlijnen akkoord maken middelen voor groen (NNN en UPG) en mobiliteit (infrastructuur en openbaar vervoer) onderdeel uit van het "gesloten systeem". Dit betekent voor de onbeklemde reserves voor PZI en Bereikbaarheid dat deze binnen programma 2 behouden dienen te blijven. Alleen de niet verplichte delen voor de reserves van programma 1 en 3 kunnen ingezet worden voor andere doelen.

Opmerkingen bij onbeklemde reserves
Alhoewel voorgaande reserves voor programma 1 en 3 ingezet kunnen worden voor andere doelen zijn er redenen om deze middelen niet elders in te zetten. Voor Luchtkwaliteit NSL geldt dat de provincie heeft toegezegd mee te werken aan het Schone Luchtakkoord (SLA) dat door ministerie van Infrastructuur en Waterstaat wordt opgesteld. De financiële consequenties zijn nog niet bekend maar beoogd wordt de onbeklemde middelen hiervoor in te zetten. Voor natuurcompensatie geldt dat de eventuele toekomstige compensatieverplichtingen na 2027 nog niet bekend zijn en de middelen eventueel hiervoor ingezet moeten worden. Voor Overcommitering OP-West geldt dat er aan uw Staten nog voorstellen zullen worden gedaan die passen binnen het onderwerp voor de reserve en tot slot geldt voor Interreg-cofinanciering EFRO dat de nog onbeklemde middelen ingezet kunnen worden voor mogelijke nieuwe subsidieaanvragen binnen de huidige beleidsafspraken. Per saldo kunnen de onbeklemde reserves beperkt ingezet worden voor andere doelen.

Beklemde reserves
Uit de toelichting op de lange termijn ontwikkeling van reserves op basis van hun functie blijkt dat de beklemdheid van de reserves (totaal € 619,5 mln in 2019 exclusief het beklemde deel van de algemene reserve ad. € 30 mln) op hoofdlijnen te verklaren is door:

  • Reserves met een bufferfunctie om risico's op te vangen (€ 122,1 mln). Op basis van hun functie worden deze reserves meestal gezien als beklemd. Dit blijft zo tot het risico zich niet meer voordoet of er anders besloten wordt over het risico dat we als provincie Zuid-Holland willen dragen.
  • De grootste reserves met een egalisatiefunctie (€ 165,2 mln) maken onderdeel uit van het gesloten systeem. De egalisatiereserve exploitatie projecten PZI wordt op basis van de definitie van beklemdheid als onbeklemd gezien maar valt ook binnen het gesloten systeem voor groen (UPG, NNN) en mobiliteit.
  • Van de reserves met een spaarfunctie is circa € 16 mln onbeklemd. Dit betekent dat van het totaal aan spaarreserves ad. € 367,7 mln circa € 351,7 mln beklemd is. Onderdeel van deze € 351,7 mln zijn de reserves Mobiliteit en Bereikbaarheid (€ 149 mln) en Beheerplannen Natura 2000 en Ontwikkelopgave natuur (€ 83,3 mln) die onderdeel uitmaken van het gesloten systeem.